Vijfendertig Franse Werkwoorden Vervoegen 35 Franse Werkwoorden Vervoegen Kies een werkwoord: -- Kies een werkwoord -- Aimer (houden van, leuk vinden) Aller (gaan) Attendre (wachten) Avoir (hebben) Chercher (zoeken) Connaître (kennen) Devenir (worden) Devoir (moeten) Dire (zeggen) Donner (geven) Écrire (schrijven) Entendre (horen) Être (zijn) Faire (doen/maken) Falloir (moeten, nodig zijn) Laisser (laten) Lire (lezen) Mettre (zetten/leggen) Parler (spreken) Passer (voorbijgaan, doorbrengen) Penser (denken) Pouvoir (kunnen/mogen) Prendre (nemen) Répondre (antwoorden) Revenir (terugkomen) Semblar (lijken) Sentir (voelen, ruiken) Sortir (uitgaan) Tenir (vasthouden) Travailler (werken) Trouver (vinden) Venir (komen) Vivre (leven) Voir (zien) Vouloir (willen)